De kinderopvang is nooit officieel dicht geweest, maar was in de praktijk alleen beschikbaar voor kinderen van ouders die werken in de zorg of een ander vitaal beroep hebben. Sinds 11 mei is de dagopvang (kinderdagverblijf voor 0- tot 4-jarigen en peuterspeelzalen) weer open. De buitenschoolse opvang (bso) is alleen beschikbaar voor kinderen op de dagen dat zij naar school gaan. Na maanden thuisblijven, gaan er nu dus veel kinderen weer naar de crèche of opvang en per 1 juni (onder voorbehoud) gaan de basisscholen en kinderdagverblijven weer volledig open. We geven graag mee hoe je de meest veilige omstandigheden creëert en welke maatregelen daarvoor nodig zijn. Dat doen we op basis van het protocol kinderopvang dat is opgesteld door de Brancheorganisatie Kinderopvang, de Brancheorganisatie Maatschappelijke Kinderopvang, BOinK, Voor Werkende Ouders en de FNV in samenspraak met het ministerie van SZW.
Coronamaatregelen voor de kinderopvang: een handig overzicht
Veiligheid en hygiëne op de werkvloer
Informatieverspreiding
Net zoals voor schoolgaande kinderen die weer les mogen volgen in de klas, is het voor kinderen in de kinderopvang belangrijk om informatie te verspreiden onder de ouders. Breng hen via e-mail, het dagboek van het kinderdagverblijf of een brief op de hoogte van de regels rond hand- en nieshygiëne. Ondersteunende posters ter plaatse kunnen de voorzorgsmaatregelen opfrissen. Op de website van Kinderopvang Totaal vind je materiaal om kleintjes met de corona maatregelen te leren omgaan.
Misschien gingen mama of papa vroeger mee tot binnen, en dat afscheid verloopt nu uiteraard op een andere manier. Als de grootouders normaal gesproken de kinderen kwamen brengen en ophalen, vraag je de ouders om een alternatief te zoeken. Belangrijk: kinderen met verkoudheidsklachten (hoesten, keelpijn en/of een loopneus) en meer dan 38 graden koorts, blijven thuis. Ze mogen weer naar de opvang komen als ze 24 uur klachtenvrij zijn. Ook als een gezinslid of huisgenoot verkoudheidsklachten én meer dan 38 graden koorts heeft, blijven de kinderen thuis – tot iedereen van het gezin meer dan 24 uur klachtenvrij is.
Kind afzetten en ophalen
Ouders brengen hun kinderen zoveel mogelijk lopend of fietsend naar de kinderopvang of naar school. Eenmaal daar moeten ze 1,5 meter afstand houden tegen opzichte van elkaar, ook moeten ze proberen zoveel mogelijk 1,5 meter afstand te houden van leraren en kinderen vanaf 4 jaar. Een mondkapje is niet verplicht. Veel kinderdagverblijven en scholen werken met een tijdsslot voor het afzetten en oppikken. Het is bovendien handig om via vloermarkering en stickers de looprichting en gewenste afstand aan te geven, en arriverende ouders te scheiden van ouders die vertrekken met dranghekken, afzetpalen met een koord, touw of markeringslint. Hoewel het niet de bedoeling is dat ouders de kinderopvang binnenkomen, mag je een uitzondering maken voor baby’s – probeer daarbij direct contact te voorkomen. Vraag mama of papa bijvoorbeeld om hun kleintje op de mat te leggen, waarna de opvangmedewerkers het kleintje kunnen oppakken. Het liefst komt steeds dezelfde ouder het kindje brengen en weer oppikken.
Hygiëne en veiligheid bij kinderen
1. Tijdens de opvang
Tussen personeel en kinderen is het niet nodig om 1,5 meter afstand te houden. Volwassenen houden wel 1,5 meter afstand van elkaar. Iedereen wast de handen regelmatig en zorgvuldig (minstens 20 seconden) en zit niet aan zijn of haar gezicht. Hoesten of niezen gebeurt in de elleboog, en personeelsleden houden zich aan de LCHV richtlijn over hygiëne.
Het contact tussen de kinderen uit verschillende groepen wordt zoveel mogelijk beperkt. Kinderen in de opvang moeten ook zo veel mogelijk hun eigen spulletjes krijgen. Labels met namen maken duidelijk wat van wie is. In kinderdagverblijven wordt natuurlijk volop gespeeld. Om ook op die momenten de hygiëne te waarborgen, gebruik je alleen speelgoed dat je makkelijk kunt schoonmaken. Pluche beren en ander speelgoed dat je niet makkelijk kunt desinfecteren, haal je dus het beste weg, net als beschadigd speelgoed (omdat dat moeilijker te reinigen is). Dek de zandbak af met een grote plaat, of maak hem op een andere manier ontoegankelijk. Probeer zowel in het kinderdagverblijf als tijdens de naschoolse opvang spelletjes met fysiek contact te vermijden, om de social distancing zo goed mogelijk te waarborgen.
De aangeraakte oppervlakken maak je regelmatig schoon. Verzorgingskussens, thermometers, spenen en potjes desinfecteer je na elk gebruik. Maak extra vaak de materialen waar personeel en kinderen gebruik van maken schoon, evenals de plekken die vaak aangeraakt worden. Denk aan handvatten van deuren en kastjes, speelmatten, speelgoed en tafels.
Laat de kinderen hun handen wassen na elk toiletbezoek en zorg dat ze daarvoor voldoende zeep hebben. Het afdrogen van de handen gebeurt met papieren doekjes. Ventileer de opvangruimte meerdere keren per dag minstens een kwartier, en ga zeker buiten spelen in de tuin of op de speelplaats.
2. Tijdens eten of tijdens vieruurtjes
Laat de kinderen geen eten of drinken delen, en geef ze ieder hun eigen bordje, drinkbeker, lepel en slabbetje – labels geven duidelijk aan welke spullen van wie zijn. Zet de stoelen aan tafel ver genoeg uit elkaar: geef op de vloer aan waar ze moeten komen. Handenwassen voor elke maaltijd is een must.
Hygiëne en veiligheid bij personeel
Om het risico op besmetting te verkleinen, blijven dezelfde begeleiders zo veel mogelijk bij dezelfde kinderen. Begeleiders die in contact kwamen met iemand waarbij corona is vastgesteld, mogen komen werken als ze zelf geen symptomen vertonen.
Begeleiders wassen hun handen na elk verzorgingscontact met de kinderen, voor het eten, voor het klaarmaken van het eten, na elk toiletbezoek en aan het einde van de dag. Het dragen van ringen, armbanden of horloges en kleding met te lange mouwen wordt afgeraden, zeker bij risicovolle handelingen zoals het verschonen van een luier, wondverzorging of het bereiden van eten. Ze houden hun nagels kort en dragen geen nagellak. Zorg dat er voldoende ontsmettende handgel is wanneer er geen wasbakken beschikbaar zijn (bewaar de dispensers buiten het bereik van de kinderen); anders zijn zeep en papieren handdoeken ook goed. Die laatste horen na gebruik in een afgesloten afvalbak, net als gebruikte zakdoekjes. Kies voor een afvalemmer die touchless opent of voor een pedaalemmer.
Wat als er plotseling symptomen optreden
Zorg dat je een plan van aanpak hebt wanneer een kind of iemand van het verzorgend personeel symptomen vertoont. Met wie neem je contact op? Hoe wordt het kind opgehaald? Dat zijn allemaal vragen waarover je moet nadenken. Maak bovendien een ruimte klaar waar de zieke gescheiden kan zitten tot hij of zij naar huis of naar de hulpverlening kan. Die ruimte verdient een grondige schoonmaakbeurt na gebruik. Laat de ruimte ook goed ventileren. Denk tot slot ook aan welke preventieve maatregelen je neemt als er een personeelstekort komt. Daarnaast vind je op www.veranderingenkinderopvang.nl altijd de laatste ontwikkelingen voor de kinderopvang.
Heb je hulp nodig of wil je meer informatie over de producten die je nodig hebt om veilig te kunnen werken in de kinderopvang? Onze helpdeskmedewerkers staan voor je klaar!
