Zakelijke inkopen worden vaak in drie klassen ingedeeld op basis van de kosten die eraan verbonden zijn: A-Class, B-Class en C-Class inkopen. Maar als we deze aankopen bekijken vanuit het standpunt van de Total Cost of Ownership (TCO*), is de volgorde omgekeerd. C-Class inkopen lijken op het eerste gezicht onbeduidend, maar uiteindelijk weegt hun geringe gewicht toch door.
A-Class, B-Class en C-Class inkopen: wat is het verschil? – infographic
Slim en efficiënt werken3 inkoopklassen
Laten we elke klasse in detail bekijken:
A-Class inkopen zijn strategische producten die direct in het productieproces worden ingezet. Tegenwoordig optimaliseren ondernemingen deze inkopen vrijwel altijd. Denk maar aan grondstoffen voor industriële ondernemingen.
B-Class inkopen zijn terugkerende en strategische producten die geen deel uitmaken van het productieproces (zoals IT-hardware, voertuigen, transport). Deze inkopen worden doorgaans ook eerder beheerd door de inkoopafdelingen.
Tot slot zijn er de C-Class inkopen: niet-terugkerende en niet-strategische producten zoals kantoormeubilair en -benodigdheden, klein gereedschap, hygiëneproducten en kleine industriële benodigdheden. Dit zijn doorgaans eenmalige en niet erg voorspelbare inkopen!
Directe en indirecte kosten
Hoewel A-Class aankopen 75 % van de directe kosten vertegenwoordigen, zijn de meeste indirecte kosten C-Class aankopen.
C-Class aankopen vertegenwoordigen namelijk gemiddeld 5 % van het inkoopvolume van een onderneming, maar ook 60 % van het volume aan bestellingen, 75 % van het aantal leveranciers en 85 % van het aantal artikelen.
Deze trend doet de totale eigendomskosten (TCO*) van C-Class inkopen stijgen! Zo kan deze klasse van inkopen bijvoorbeeld drie kwart van de leveranciers van een onderneming vertegenwoordigen, en dat terwijl de jaarlijkse beheerskosten van een leverancier gemiddeld op € 1.000,- tot € 3.000,- worden geschat.
Verborgen kosten: C-Class inkopen op de eerste plaats
Hoewel het om kleine bedragen gaat (gemiddeld minder dan € 500,-), gaan achter C-Class inkopen grote kosten schuil. Inkoopafdelingen hebben geen controle over deze inkopen, omdat ze vaak buiten het inkoopproces worden gedaan door verschillende werknemers of afdelingen van de onderneming. Met soms verstrekkende gevolgen: het aantal bestellingen stijgt en die bevatten mogelijk meer fouten of leiden tot retouren.
Nadat ondernemingen hun A-Class en B-Class inkopen hebben geoptimaliseerd, hebben ze er tegenwoordig dan ook alle belang bij om hun C-Class inkopen onder de loep te nemen. Het resultaat? Lagere kosten, meer efficiëntie en meer concurrentiekracht!
*Total Cost of Ownership