Transportwielen voor plateauwagens en andere interne transportmiddelen bestaan er in verschillende soorten en maten. Je hebt losse wielen, bokwielen en zwenkwielen – om maar enkele transportwielen te noemen. Geen idee wat je moet kopen? We bespreken de aandachtspunten op bijvoorbeeld het vlak van ergonomie en geven je tips om de juiste keuze te maken.
Zwenkwielen en andere transportwielen kiezen: 6 tips
Ergonomie op de werkvloerHierop moet je letten als je transportwielen koopt
Als je een transportwiel koopt, moet je letten op zes zaken. We zetten ze op een rij!
1. Zwenkwielen of bokwielen?
Ten eerste: moet je wiel kunnen zwenken of niet? Bokwielen zijn daar niet voor gemaakt; zwenkwielen kunnen – zoals hun naam al doet vermoeden – wél 360 graden ronddraaien. Bovendien heb je ook zwenkwielen met een rem.
Bokwielen zijn bijna altijd goedkoper, en ze rollen makkelijker op lange rechte stukken. Maar er zijn ook andere factoren die bepalen welk type wiel voor jou ideaal is, zoals de belasting, de gewenste wendbaarheid en de richtingsveranderingen die je wielen moeten aankunnen. Hoe smaller het wiel, hoe wendbaarder. Voor intensief gebruik in kleine ruimtes bieden vier zwenkwielen bijvoorbeeld een hoge wendbaarheid. Voor zware en grote objecten zijn vier zwenk- en twee bokwielen de juiste oplossing.
2. Waarvoor ga je je transportwiel gebruiken?
Natuurlijk gebruik je meubelwieltjes alleen voor stoelen en computertafels en niet voor transport, want ze hebben een maximale belasting, uiteenlopend van nog geen 10 tot 80 kilogram. Wielen voor licht gebruik kunnen wel 40 tot 110 kilogram aan (denk daarbij aan bedden en lichte apparaten), maar je hebt ook speciale transportwielen voor zwaarder gebruik (voor steek- en plateauwagens bijvoorbeeld) die je nog meer mag belasten. Die laatste wielen kunnen 35 tot wel 5.300 kilogram dragen.
3. De maximale belasting: delen door 3!
Verrassend genoeg moet je bij het bepalen van het draagvermogen het totale gewicht van het object niet delen door vier maar door drie. Eigenlijk ligt de reden behoorlijk voor de hand, want bij oneffen ondergronden hebben vaak maar drie wielen contact met de vloer.
Let wel op: de vermelde maximale belasting van een wiel is gebaseerd op de normen DIN EN 12530 tot en met 12533, bij gebruik in de volgende omstandigheden:
maximale snelheid van 4 km/u
een gladde vloer
handmatig gebruik
een gelijkmatige verdeling van de last
verplaatsing in een rechte lijn
een omgevingstemperatuur van 15-28° C
Houd er dus rekening mee dat je eigenlijk overbelasting nodig hebt, bijvoorbeeld als er iets kantelt of als de vloer oneffen is.
4. Het soort band voor je transportwiel
Welk soort band je nodig hebt (ook wel het soort ‘loopvlak’) wordt bepaald door de vloer en de omgevingskenmerken. Je moet je daarvoor afvragen of de vloer hard, glad of zacht is. Daarnaast moet je rekening houden met onder meer de omgevingstemperatuur, oneffenheden en eventuele chemicaliën waarmee de band in contact kan komen.
Rubber
Rubber is een goedkope en goede oplossing voor lichte en middelzware belastingen. Het materiaal heeft ook wel nadelen. Zo kan zwart rubber strepen achterlaten op je vloer (met grijs rubber voorkom je dat probleem). Verder zijn rubberen wielen moeilijker om in beweging te krijgen en bieden ze meer weerstand tijdens het rijden dan bijvoorbeeld nylon wielen.
Polyamide of nylon
Polyamide of nylon heeft de laagste rolweerstand en is dus ergonomisch gezien een slimme keuze. Polyamide wielen rollen bovendien volledig geluidloos én laten geen sporen na.
Polyurethaan
Qua rolweerstand liggen polyurethaan wielen ergens tussen rubberen wielen en polyamide wielen in. Waar ze duidelijk wél koploper in zijn: er blijft uitzonderlijk weinig vuil aan plakken, waardoor ze langer goed blijven rollen. Qua duurzaamheid scoren ze prima, maar ook qua draagvermogen kunnen ze het meeste aan.
Luchtbanden
Luchtbanden zijn tot slot de ‘go to’-oplossing wanneer je ondergrond in slechte staat is, zoals bijvoorbeeld in buitensituaties, of wanneer de wielen vaak over roosters moeten rollen. Luchtbanden vangen namelijk heel goed schokken op.
5. De ideale diameter van het wiel
De grootte van eventuele gaten in de vloer en van de te nemen hobbels beïnvloeden de diameter van het wiel, want met kleine wielen in grote gaten loop je natuurlijk het risico dat je wielen vast komen zitten. Let bij het bepalen van de diameter verder op het gemak waarmee het wiel moet bewegen: hoe groter het wiel, hoe makkelijker het beweegt.
De ideale diameter hangt verder af van de gemiddelde afstand die het transportmiddel gaat afleggen. Hoe groter die afstand, hoe groter de diameter van de wielen. Dat komt de ergonomie ten goede, want hoe groter de wieldiameter, hoe lager de rijdende duw- of trekkrachten. Dat de startende duw- en trekkrachten bij dit type wiel hoger liggen, is een nadeel dat niet zo zwaar doorweegt. Dat komt doordat je bij langere afstanden uiteraard minder vaak moet stopt en begint.
6. Het type bevestiging
Om je wiel te monteren, zijn er drie verschillende bevestigingsmethodes mogelijk:
wielen met een rechthoekige grondplaat en bevestigingsgaten Deze bevestigingsmethode komt het meeste voor: je schroeft de grondplaat gewoon met vier schroeven vast aan de bodem van je transportmiddel of meubel. Makkelijk en stevig!
wielen met een boutgat Als je voor dit type wielen kiest, moet je erop letten dat je een heel stevige schroef gebruikt. Je hebt namelijk maar één bevestigingspunt, en dat mag het uiteraard niet laten afweten.
**wielen met een stift (met of zonder metrische draad) **Dit type wielen is altijd vergezeld van een inbouwplug die je in het boorgat moet doen. De stift past vervolgens in de plug. Deze bevestigingsmethode levert een heel duurzaam resultaat op, met een wiel dat stevig vastzit.
Zo, nu heb je alvast een goede eerste indruk van wat er allemaal komt kijken bij de aankoop van transportwielen. Meer weten? Bekijk het assortiment wielen in onze webshop of neem contact op met onze helpdesk. Onze medewerkers helpen je graag verder!